Trailrunweek #3
De ochtend beginnen we weer met rekken en strekken. Dit keer onder een stralend blauwe hemel en met en temperatuur die al menig zweetdruppeltje vormt, terwijl we bezig zijn op onze matjes. Na een half uurtje schuiven we aan voor het ontbijt. Ook vandaag vertrekken we om 9.30. Dit keer eerst met de auto naar een vallei even verderop, voor een trail met flink wat hoogtemeters. De afgelopen dagen waren opwarmertjes, zullen we maar zeggen.
[heading size=4 style=underline]Crete de la Rortie[/heading]Aangekomen in het dorpje Freissinieres, dat aan het einde van een ongelooflijk vlak dal ligt, moet er eerst nog een plasstop ingelast worden. Daarvoor kunnen we terecht in de lokale bibliotheek/kinderopvang. Al kijkt het moeke wel heel verbaasd dat er in eens een stuk of 10 drukke trailers binnen komen.
De trail die we vandaag lopen, is een uitgezette Raidlight route. Het eerste deel van de trail is vlak en brengt ons twee kilometer verder naar een waanzinnige klim. We lopen door de vlakke vallei, door de bloemenvelden en hoge grassen. En daar is ie dan. Een nies. Gevolgd door een onophoudelijke snotneus. Shit, hooikoorts… Tot nu toe had ik daar nog helemaal geen last van en daarom had ik ook de medicatie nog niet ingenomen. Dit was niet grappig. Want de klim… man… wie verzint dit!
Om op de Crete de Rortie (de rug van deze berg) te komen, moesten we een meter of 500 omhoog en dat in 3 kilometer. Een behoorlijk stijgingspercentage dus. Ik merkte al snel dat ik heel hoog in de ademhaling zat en het duurde even voordat ik in de gaten had dat dat door de hooikoorts kwam. Ondertussen liep ik in het staartje van de groep en was de rest uit het zicht… Het pad begon ook ineens vlakker te lopen. Zo komen we toch nooit aan de 500 hoogtemeters? Kak, we waren een stukje verkeerd gelopen! Terug en dat zorgde voor zo’n 1,5 kilometer extra route. Dat we weer op de juiste route zaten merkten we al gauw, want het pad steeg weer steil. De kuiten protesteerden hevig. De longen zo mogelijk nog heviger. Snot stroomde rijkelijk en het zweet volgde gedwee. Uiteindelijk hadden we de groep bijgelopen en was het handen en voetenwerk om het pad verder te volgen. Kijk, dit vind ik dan wel weer leuk.
[heading size=4 style=underline]Let the fun begin![/heading]Uiteindelijk kwamen we op de top uit, wat een werkelijk fantastisch uitzicht opleverde. Hier namen we ruim de tijd om even bij te tanken en foto’s te maken (let vooral ook even op het meertje links onderin de foto).
En met deze helse klim achter de rug, zouden we nu over de ruggengraat van de Rortie lopen. Geen steil geklim meer, maar meer het glooiende werk. Fantastisch slingerende singletracks brachten ons verder en nu kon ik lekker meelopen. Dan weer links, dan weer rechts fantastische uitzichten en diepe dalen vlak langs het pad. Tot we weer gingen dalen en ik echt helemaal genoot. Ik hoe van technische paadjes, snelle stapjes, springen, ontwijken, draaien en dat met naast je een afgrond tot in het dal een paar 100 meter dieper. Ik genoot met volle teugen, terwijl ik naar beneden stierde.
Regelmatig maakten we even een stop om de groep weer bijeen te krijgen. Vervolgens hadden we de keuze: of nog even een stukje doorklimmen naar een grot, of terug naar het dorp en de auto’s. Ik was eigenlijk best verbaasd dat mijn achilles nog nauwelijks een piep had gegeven, dus nu ik hier toch ben, wil ik de grot zien ook. Deze klim was zo mogelijk nog steiler, wat voor mij een voordeel opleverde, omdat het hier handen en voetenwerk was. En klauteren kan ik wel een beetje. Ik probeerde de gespannen lijnen zo min mogelijk te gebruiken.
Eenmaal boven sta ik in een soort overhangende rots, waar achter een stapel rotsen de grot schuil gaat. Onze gids Ilonka vertelt ons het verhaal achter deze grot. Al vanaf de 15e eeuw werd een grote groep mensen vervolgd. Zij werden met regelmaat opgejaagd en vluchtten de bergen in. De Vaudois, zoals deze groep mensen werd genoemd, hield zich dan schuil in onder andere deze grot. Zo lukte het hen te overleven. De grot is indrukwekkend, de geschiedenis zo mogelijk nog meer. We worden toch wel een beetje stil hiervan.
[heading size=4 style=underline]Einde in zicht[/heading]Via dezelfde weg klauteren we terug en pikken de mensen op die beneden hebben gewacht. Onze weg is nu nog naar beneden. Dat laat ik me niet weer zeggen, ik heb de smaak van het afdalen te pakken! De paden worden minder steil en uiteindelijk komen we in een dorpje, waar we toch weer een verkeerde afslag pakken en midden in de weides uitkomen. Spontaan volgt er weer een niesbui en al snotterend lopen we in colonne weer terug. Terug door het verlaten dorpje, een andere afslag en hoppa, weer naar beneden. Ik laat me lekker naar beneden rollen en loop nu voor in de groep. Bij een singletrackje kom ik recht achter gids Jan te lopen, tot hij spontaan een snoekduik maakt en plat op de grond ligt. Dat ziet er zo komisch uit, dat ik in de lach schiet en vervolgens zakt de grond onder mijn linkervoet weg. Waar gras lijkt te groeien, is geen grond! Althans, niet waar ik dacht mijn voet neer te planten. En zo lig ik gezellig ook op de grond, nog harder te lachen. We zijn gelukkig zacht gevallen. In het gras. Hooikoorts… Heel fijn, want dit leidt tot een explosie aan jeukende huiduitslag. Merk ik later. Maar ondertussen zijn Jan en ik weer op de been en huppelen we vrolijk verder naar beneden. In het volgende gehucht op een pleintje staat een watertrog. Dat is zo leuk hier. Overal vindt je van dit soort troggen, waar heerlijk koel, fris en drinkbaar (ook niet onbelangrijk) water uit komt. Lekker om dus even je hoofd onder te steken, of de waterzak bij te vullen. Nog een laatste paar 100m naar de auto’s, waar de mensen die niet mee de grot in zijn geweest, ons opwachten in de tuin van de bibliotheek/kinderopvang, onder de kersenboom. Mét rijpe kersen! Die worden dus vakkundig geplukt (en opgegeten).
[heading size=4 style=underline]Lokale legendes[/heading]Nadat iedereen heeft bijgetankt en gegeten zetten we koers naar de volgende plek van vandaag: Lac de La Roche de Rame, dat meertje links onderin die ene foto hierboven. Een meer met azuurblauw water. Ik heb wel trek in een verfrissende duik en moet wel eerst even door de kou heen, maar besluit dan samen met een trailgenootje naar de overkant te zwemmen. En weer terug. Ruwe schatting maakt dat dat ongeveer 600m is. Wat we achteraf horen is dat dit meer geen bodem kent. Althans, dat wordt gezegd. In hoeverre dit waar is… Er schijnt ook een pratende octopus rond te zwemmen. Maar of dát waar is…? Feit is wel dat de dochter van gids Ilonka niet meer het meer in durft.
Nadat iedereen weer opgedroogd is rijden we terug naar Chalet AlpeLune met een tussenstop bij de supermarkt voor wat extra voorraden. De rest van de dag wordt er gerelaxed en doen we een poging op de slackline. Hilarisch en het levert vooral hele mooie plaatjes op.
’s Avonds krijgen we weer een superlekker diner voorgeschoteld (voorgerecht van bataat met mango, kip met aardappel gratin en groente met als toetje een aardbeiensoepje met basilicumdressing en eigen gemaakte advocaat met slagroom. Ik zit weer bomvol. Gelukkig had ik vooraf al besloten de nachttrail niet meer mee te pakken. Heerlijk voldaan duik ik onder de wol. Morgen weer een mooie dag!
Crete de la Rortie: 14 km/+939D
Meer foto’s zien? Check dan mijn instagram en facebookpagina!
En wat heb ik nog meer hier uitgespookt?
Dag 1 en 2