Mud Masters: obstacle run
Zo ergens halverwege april sloegen de stoppen bij me door. Noem het voorjaarskriebels, de lente in de lucht, of gewoon de kolder. Wat ik toen in mijn hoofd haalde vond ik vanochtend om 6 uur krankzinnig… Volgens mij was een radiospotje of een advertentie op internet de aanleiding hiertoe. Voor de lol in de modder rollen en met je schoenen vol blub 12 kilometer hard gaan lopen. Mud Masters, een nieuw evenement in Nederland op het oude Floriadeterrein met de bekende Big Spottershill, beloofde een obstacle run met veel… heel veel blubber… Dus ik schreef me in. Voor de Alpha groep… Strebertje…
Vanaf april had ik enorm uitgekeken naar Mud Masters. Enerzijds om dat ik als een dol kind door de blubber kon stampen zonder dat mama boos zou worden omdat ik mijn kleren vies maakte. Anderzijds omdat ik voor nieuwe uitdagingen altijd wel in ben. Hardlopen geen probleem en Mud Masters zou voor mij de afsluiter zijn van de zomers wegwedstrijden en de start van de winterse crosswedstrijden. En dit keer was het niet “effe” een rondje hollen. Dit keer moesten er hindernissen overwonnen worden, die door mariniers ontworpen zijn.
Ruim 20 stuks, varierend van tijgeren door de bagger, glijden door de bagger, rennen door de bagger, klimmen uit de bagger en electroshocktherapie (sizzlers). Dus werd er gevarieerd getraind, onder andere bootcamp en crosstraining. Maar dat ik nu kan zeggen dat ik echt enorm goed voorbereid aan de start zou staan… Die sizzlers baarden me zorgen, maar om nu dagelijks even de vingers in het stopcontact te steken ging me te ver. Op slippers door het huis en de deurklink of kraan aanraken gaf naar mijn mening voldoende shockeffect…
Dus… Zaterdagmorgen om 6 uur ging de wekker. En het regende pijpenstelen… GATVERDAMME!! Ben ik gek ofzo? Ook vriendlief Harm had er maar weinig zin in. De slechte nachtrust zorgde bij mij voor een lichtelijk ochtendhumeur en nog een extra reden om in bed te blijven liggen. Maar mezelf kennende: daar zou ik zeker spijt van gaan krijgen! Dus een schop onder m’n kont en eruit om om half 8 in Vijfhuizen te arriveren. De Alpha (wedstrijd) groep startte om 9.00 uur als eerste groep, gevolgd door Bravo, Charlie, Delta, Echo, Foxtrot, Golf en voor de 6 km India en Juliet.
Op het verregende terrein aangekomen in de plenzende regen begon het toch te kriebelen. De Big Spottershill torende in de ochtendschemer boven ons uit. Wetende dat we hier zo’n 5 keer op en af moesten rennen en glijden boezemde die berg wel ontzag in.
Ondertussen arriveerden ook twittervriendjes Nesrine, Silvia, Barry en Harm’s collega Menno met GoPro op zijn hoofd. Trainingsmaatje Petra, ubersurvivalster, was er ook onder naam van haar vriend die geblesseerd was. Zonder horloge was ik wat ontheemd en voor we het wisten stonden we zonder enige vorm van warming up (ok, beetje meespringen met de muziek) aan de start en KNAL! Daar gingen we!!
Opvallend: onze startserie was helemaal niet zo druk! De eerste hindernis was de trap Big Spottershill op en toen ging het op de kont naar beneden en weer omhoog, over de top via het piratennest en weer omlaag op de kont. Hilarisch! Voor mij dan, voor een andere deelnemer niet, die brak zijn been. Na een stukje rennen kwamen we bij de Anacondatrail: sloot in, en uit, en weer in, en weer uit, totdat het water tot in de oren zat, want het werd steeds dieper! Tijgerend onder het prikkeldraad ging het verder naar Show mo mud, een enorm baggerveld waar je in vast werd gezogen. Wij hadden nog verse modder, maar de latere groepen zouden nog meer modder tegen gaan komen.
Vervolgens torenden de Great Walls voor ons op. Zonder hulp was het onmogelijk om hier overheen te komen, maar he, we waren met z’n zessen! Dus voetjes, tillen en trekken en de hele meute was over de muren van ruim 2,5 meter heen. Er volgende touwnetten, banden en stinkende sloten en hee daar gingen we de berg weer op! Via de glijbaan ragden we keihard naar beneden om met een plons in het water te belanden. NOG EEN KEER!! De kilometers gingen onder ons door en we passeerden de indianenbrug, raakten de helft van de groep kwijt, werden uitgerookt in de Walk of Fire, sprongen over hooibalen, gingen door nog meer heel erg stinkende sloten en kwamen bijna vast te zitten in de Trenches. Loopgraven met enorme modderbulten waar we doorheen en overheen moesten. Ik kon het dan ook niet laten om een hand modder richting Harm en Menno te gooien, die voor me aan het klauteren waren. Apenbrug, boomstammen, stinkende en nu ook hele diepe sloten en over een hoge berg hooibalen. Die ging soepel, wooow…
Via een prutsloot een klauterstellage op, waar we op een groep muddies inliepen en achter ons lieten en toen een heel stuk lopen, heerlijk! Ware het niet dat door de enorme regenval de modderpaadjes waren veranderd in moddersloten. Glibberend en glijdend op de trailschoenen (kun je nagaan als je dus geen trailschoenen aan had… de sporen waren duidelijk te zien…) kwamen we in de buurt van het start/finishterrein waar we de groepen hoorden schreeuwen voor hun start. Voor de laatste keer kropen we tijgerend richting Big Spottershill en klommen erop. En af. En dat ging hard, HARD! Zo hard dat Menno me bij mijn arm moest grijpen om te voorkomen dat ik nog een verdieping verder naar beneden zou glijden en weer op het tijgerparcours terecht zou komen. Het einde kwam nu echt in zicht, een water overstekend en via een vlottenstellage naar de kant kruipen. En daar… was die sizzler… Niet denken, armen voor het gezicht en er doorheen. Schokje via mijn been, en nog 1, en nog een keer… en toen was ik er door. Was dat alles? Mijn slippershockingtherapie was toch heftiger!
En toen was het afgelopen. Klaar. Af. Over en uit. Shit! Ik wil nog een keer!! Met t-shirt, bier, eindfoto, douche van de brandweer en een warmtedeken wachtten we op onze halve groepje dat er ook aan kwam. Nu we stil stonden koelden we flink af. Hier en daar werden een paar onderkoelde muddies met wagentjes heen en weer gereden.
Dus we gingen snel omkleden. Daar ontdekten we de enige manco’s aan dit megafantastische evenement. De routing de bagagetent in en uit was een ramp. We stonden zo lang te wachten dat we er een doel-het-zelf-service van maakten. We waren nat en koud en hadden droge kleding nodig. En ook douchen was niet mogelijk (al wisten we dat vooraf), maar met die stinksloten in de schoenen en kleren was de behoefte naar een douche groot.
Het zat er op. We hebben zooo enorm genoten! Na de verhalen over de Urbanathon was ik bang voor een fiasco. En na verhalen over de Strongmanrun, waarvan het parcours schijnbaar lichter was dan dit parcours was ik bang dat ik niet ongeschonden uit de strijd zou komen. Op een hand, waarmee ik vol in de brandnetels had gegrepen, na en een gevoelige, paarse, pink had ik niets! O ja, een paar blauwe plekken en beurze billen. Is dat alles? Ooeehoeehooeehoooeeeee!
De organisatie van Mud Masters verdient een grote pluim. Uitstekend georganiseerd, zowel in de aanloop naar het evenement toe, als tijdens de dag zelf. De verschillende startgroepen zorgden ervoor dat er geen wachtrijen voor de hindernissen ontstonden, overal stonden militairen of andere begeleiding. Hulp was nooit ver weg en zowel vooraf als na afloop werden regenponcho’s en warmtedekens uitgedeeld. En ook de weergoden waren de organisatie goed gezind. Er was meer regen gevallen dan we ons konden wensen en was dat om 6 uur nog een kleine wereldramp, na afloop voelden wij ons de Alpha’s. Wij hadden echt strijd moeten leveren! En nu konden we lekker in de zon de handen warmen aan de koffie, saucijzenbroodjes en patat. Al zaten we er stiekem aan te denken om nog een keer van start te gaan… Volgend jaar zijn we er in ieder geval weer bij!!
Een nadeeltje was wel de was… wat een BAGGER kwam er uit zeg! En een lucht!!
2 reacties
Barry
Ik kon het niet anders verwoorden. Het was een fantastische dag….enne geweldig he, dat gemengd omkleden 😉
Andrea
Hahahaa ja allemaal rooie en blauwe billen 😀